Veiligheids(?)gordel
Het was in Duitsland op een parkeerplaats. Zoals gewoonlijk liep ik tussen de vrachtwagens om te kijken of ik wellicht aan een chauffeur iets uit het Woord kwijt kon.
Ik praatte (in het Duits) tegen een Slowaakse chauffeur en hij in het Slowaaks tegen mij. We verstonden elkaar niet. Maar daar heeft Johann Gutenberg (of misschien Laurens Janszoon Koster) wat op gevonden. Ik gaf hem het hele verhaal (beknopt) op papier in zijn eigen taal. Daar was hij blij mee.
Terwijl ik daar stond kwam er een jonge vrouw bij staan. Zij was in de veertig schat ik. (Op mijn leeftijd lijken vrouwen steeds langer jong…) Zij bleek Afrikaanse en woonde met haar gezin in Europa.. De auto waar ze mee reden was van het merk met wereldwijd de minste pechgevallen onderweg. Ik noem merk niet. Ik heb ze niet gebeld om te vragen wat het ‘zou schuiven’ als ik hun naam een paar keer in de krant zou noemen. Gezien de gebeurtenis waar het over gaat zou de kans op een bijdrage van hun kant gering tot niets zijn.
De vrouw merkte dat ik Nederlander was en zei: ‘Ek hé een moeilyk situasie, my kend es gestrik’. Om mijn nieuwsgierigheid te bevredigen, want wie wil nou niet weten wat een ‘gestrik kend’ is, liep ik met haar mee naar haar auto.
Haar man was bij de auto gebleven terwijl zijn vrouw hulp was gaan zoeken. Wat bleek? Hun jongste dochtertje van ongeveer zes zat helemaal ingesnoerd in de veiligheidsgordel. De gordel was afgegleden van de zitverhoging waar zij op zat en was rond het middel van het (toen nog slapende) kind gegleden. De gordel spande zichzelf en op een gegeven moment was het kind volledig ingesnoerd. De gordel zat strak opgewonden om haar middel en was niet los te krijgen. We probeerden de bouten los te draaien maar dat lukte niet. Er kwamen vrachtwagenchauffeurs bij die zich er ook mee gingen bemoeien. Niemand verstond iemand en het was als in de tijd der Richteren: ‘niemand had de leiding en ieder deed wat goed leek in eigen ogen’. Eén liet een scherp mes zien, maar de vader wilde dat niet gebruiken. Zonde van zijn mooie auto!. Maar uiteindelijk moest hij er toch aan geloven en nam de vader het mes toch over van de chauffeur en alsof de auto werd besneden zo sneed hij de riem bijna eerbiedig door. Het kleine meiske dat al die tijd rustig had gewacht was bevrijd en toen was moeder heel hard nodig. Alle spanning en de pijn van de urenlange beknelling kwamen los en alleen mama’s armen konden haar troosten.
Het is erg belangrijk om het ‘tweesnijdend scherpe zwaard’, het Woord van God, altijd bij je te hebben, maar zo’n eenvoudig ding om je veiligheidsgordels door te snijden blijkt in een noodgeval ook onmisbaar te zijn. Ik heb er meteen twee in de cabine geschroefd. Voor mijn vrouw en mij. Ieder een. Binnen handbereik. Net als onze Bijbels.